Bevalling bij honden

Deze adviesbrief is bedoeld om u wat adviezen en achtergrondinformatie te geven over de bevalling van uw hond. Wij hopen dat u met deze brief de aanstaande bevalling van uw hond met een goed gevoel aankunt. Bij enige twijfel kunt u natuurlijk altijd het zekere voor het onzekere nemen en contact opnemen. Bovendien kunt u als u nog niet zo ervaren bent met het ‘fokken’ van honden een ervaren fokker benaderen om als (telefonische) vraagbaak achter de hand te hebben. Een uitgebreidere folder over het fokken van honden (De Fokwijzer) kunt u aanvragen bij Kynotrain tel:079-3618987 of via www.kynotrain.nl
Het is verstandig uw hond te ontwormen, voordat zij drachtig is. Dit kan eenvoudig door het ingeven van een Milpro® tablet.

De draagtijd van een hond is gemiddeld 64-65 dagen (met een spreiding van dag 59 tot dag 68) na de dekking.
Het controleren of uw hond daadwerkelijk drachtig is kan op verschillende manieren gebeuren: door het aftasten van de buik tussen 24 en 32 dagen van de dracht. Op deze leeftijd zijn dan ampullen (waar de pup zich in de baarmoeder nestelt) te voelen door de dierenarts. Deze methode geeft echter geen 100% zekerheid. Zeker bij een grotere hond kan dit erg lastig zijn. Als u hond langer dan 33 dagen drachtig is kunnen we de pups niet meer zo goed voelen omdat de gehele baarmoeder zich vergroot. Vanaf 45 dagen dracht kunnen we de pups weer voelen.
Meer zekerheid geeft een echo van de buik vanaf ongeveer 25 dagen dracht. Voor het exacte aantal pups kan een röntgenfoto worden gemaakt vanaf 40 dagen dracht, maar wij adviseren dit tussen de 55-60 dagen dracht. Hierbij kunnen we dan ook de grootte van de pups inschatten ten opzichte van het geboortekanaal van de moeder. (Bij zeer grote rassen kan het lastig blijken te zijn om een de pups te tellen op een röntgen foto, mede omdat de buik vaak niet helemaal in 1 keer op de foto past).

De meeste teven werpen tussen de 59e en de 65e dag van de dracht. Van belang bij een verlengde draagtijd is het aantal pups in de baarmoeder. Wanneer er slechts weinig jongen zijn kunnen deze in de laatste dagen van de dracht zo sterk groeien dat de capaciteit van de placenta onvoldoende is waardoor de pups kunnen sterven. Bovendien kan door de grote omvang van de pups de geboorte bemoeilijkt worden.

Tijdens de drachtperiode

De hond wordt direct na de bevruchting langzaam aan zwaarder en heeft meteen een aangepaste hoeveelheid voeding nodig. Om de drachtige teef in optimale conditie te houden, wordt geadviseerd om de dagelijkse portie voeding gedurende de eerste 8 weken wekelijks met 10% te verhogen. Het is echter wel heel belangrijk om te waken dat de teef niet te dik wordt om geboorteproblemen te voorkomen. Na de 8ste week dracht kan een voeding die verrijkt is met vetten de overlevingskansen van de jongen vergroten.
Voeding voor drachtige honden of voeding voor pups voldoet aan deze eis, zoals Royal Canin Junior of Starter®. Dit kan de moeder ook eten tijdens de melkgift en de pups kunnen dit gaan mee-eten zodra ze oud genoeg zijn (meestal rond 4 weken leeftijd).
Het is belangrijk dat de teef in een zo rustig mogelijke omgeving kan bevallen. De aanwezigheid van de eigenaar heeft meestal een positieve invloed op het gedrag van de teef. Een verstoring van de rust kan leiden tot het stagneren van de bevalling. Wanneer de teef weer in rustige omgeving is zal de bevalling weer voortgaan. U heeft al geruime tijd van tevoren een goede werpkist op een rustige plek in huis staan zodat de teef hieraan kan wennen. Deze kist moet zeker niet te klein zijn en voorzien zijn van stokken of stangen aan de zijwanden zodat de teef de pups niet kan verdrukken tegen de zijkant van de kist.
Het is ook normaal dat de moederhond in eerste instantie fel reageert op soortgenoten en soms op vreemde mensen. Pas na een dag of 3 laat ze meestal meer toe. Laat dus in de eerste periode niet teveel vreemde mensen aan de pups zitten.

Indien 1-2 weken voor de geboorte een kortstondige bloeding (een of enkele keren een heel klein beetje bloedverlies) optreedt is dit niet verontrustend. Wel is het in een dergelijk geval verstandig om een echo te laten maken, om te kijken of de pups nog in leven zijn.

Wanneer gaat mijn hond bevallen en hoe verloopt de bevalling?

Het tijdig opmerken en herkennen van het aanvangen van de bevalling is van groot belang! De teef en pups hebben extra zorg nodig en de dierenarts kan dan, indien nodig, tijdig worden gewaarschuwd. Het betrouwbaarste teken is het dalen van de lichaamstemperatuur. Om dit op te merken is het noodzakelijk de lichaamstemperatuur drie maal daags te meten om de natuurlijke dag schommelingen vast te stellen. Tussen de 12 en 24 uur voor de uitdrijving van de 1e pup wordt een daling van de temperatuur waargenomen (0,5-1,5 graad).
Onrustig gedrag, nest bouw, graven en krabben etc. kan wijzen op een naderde bevalling maar kan ook al dagen van tevoren plaatsvinden. Veel teven hebben minder eetlust op de dag van de bevalling en urineren en ontlasten vaker. De ontlasting kan ook wat dun zijn.

De geboorte bestaat uit 2 fasen: 1. de ontsluitingsfase 2. de uitdrijvingsfase
1. In de ontsluitingsfase zullen de vagina en baarmoederhals (cervix) verwijden. Dit is echter bij de hond niet waar te nemen. 6-12 uur na het begin van deze verwijding zal de uitdrijvingsfase beginnen.
2. De uitdrijvingsfase kan tussen de 4-42 uur duren. Hierin komen de pups ter wereld. Zowel een kop- of een stuitligging van de pup is normaal bij de hond en u hoeft zich dus ook geen zorgen te maken bij een stuitligging.
Een pup wordt geboren in een vlies en de moeder bevrijdt de pup hieruit en kauwt de navelstreng door.

• Na de geboorte van elke pup krijgt de teef vaak even rust en verzorgt de eerder geboren pups, in deze rustfase wordt er niet geperst. De gemiddelde tijd tussen 2 geboortes is 1-2 uur, maar helaas is nogal wat variatie mogelijk. Dat maakt het vaak moeilijk om te voorspellen of er nog wel een jong in de baarmoeder zit of niet. Daarom is een röntgenfoto vooraf of soms achteraf te adviseren.
• Het is belangrijk dat de teef niet gestoord of verplaatst wordt tijdens haar bevalling. Indien de volgende pup nog niet na 1-2 uur is geboren, maar de teef gedraagt zich rustig, kan men de volgende persweeën afwachten.
• Drinken van de pups bevordert de baarmoederweeën en versnelt de geboorte van de volgende pup.
• Als u de geboorteblaas (niet gebroken) ziet komen uit de vulva, moet de pup binnen 15 minuten geboren worden.
• Als u de achterpoten of het kopje ziet, vaak verpakt in de vliezen, maar het de pup komt niet verder en de bevalling blijft hier steken, moet er snel gehandeld worden. Is er geen deskundige hulp aanwezig dan kunt u zelf ingrijpen: met gewassen handen kunt de vruchtdelen vastpakken en iets aanspannen. Vervolgens met de perswee voorzichtig trekken in de richting van de kromming van de rug van de pup. Lukt dit niet voldoende dan kunt u proberen om met uw vinger langs de pup te gaan en zo rondom de pup te voelen en dan langzaam trekken. Vaak is de pup met de vliezen zo glad dat een schoon vaatdoekje handig is om de pup mee vast te pakken. Wanneer de pup eruit is moet zo snel mogelijk de vliezen verwijderen worden(gewoon scheuren met uw vingers) en de bek en neus vrijmaakt worden van slijm. Dit kunt u doen door met uw vinger in het bekje van de pup te gaan, over de tong en dan het slijm weghalen. Om de ademhaling te stimuleren is het belangrijk om de pup op te wrijven met een handdoek. Mocht de pup slecht reageren dan kunt u voorzichtig in zijn neus blazen en daarna het slijm uit zijn neusje zuigen. Tevens bestaat er een slijmzuiger die u kunt gebruiken om slijm uit de neus en de mond te zuigen. (Een slijmzuiger kunt u bij ons aanschaffen indien u er een op voorzorg wilt hebben).

Wanneer de teef met regelmatige tussenpozen de staart van het lichaam af houdt en begint te persen is het uitdrijvingsstadium begonnen.
De teef kan in verschillende houdingen gaan persen: staand, in zijligging, half zittend of liggend.
Op de 1e pup wordt vaak langer geperst (15-45 min) de volgende pups worden vaak met slechts enkele persstoten ter wereld gebracht.
De tijd tussen de geboortes van twee opeenvolgende pups is gemiddeld 45 minuten. U hoeft zich geen zorgen te maken wanneer tussen de pups ruim een uur tijd verstrijkt. Bij een sterk verlengde tijd tussen de pups is het van essentieel belang of de teef perst en onrustig is of geheel ontspannen. Sommige teven vallen zelfs tijdens de bevalling even in slaap.

Wanneer moet ik de dierenarts bellen?

Als de geboorte op de 65ste dag nog niet heeft plaatsgevonden is dat geen reden voor directe ongerustheid. In principe kan bij de hond op de 68ste dag nog een normale geboorte plaats vinden, wel neemt vanaf de 67ste dag de kans op problemen toe.
Wanneer moet u een dierenarts bellen?:
Als de teef begint met persen tijdens openingstijden van de kliniek (8-8) is het verstandig om ons te waarschuwen dat de teef bezig is. Wij kunnen u dan telefonisch advies te geven en contact houden.

• Langer dan 1-2 uur lichte persweeën of weinig frequente weeën, maar het zet niet door en u ziet geen pup.
• Er wordt 30 minuten stevig geperst, maar er komt geen pup.
• Als er al 2-3 uur niet meer geperst is en u verwacht nog pups.
• Acuut optredende ziekteverschijnselen bij de teef (1 keer braken of wat diarree is mag, meer of erger niet)
• Veel bloedverlies via de vulva
• Stinkende of raar afwijkend gekleurde afscheiding

Bijvoorbeeld groene uitvloeiing voor de geboorte van de eerste pup. Als een placenta losraakt van de baarmoederwand komt er een donkergroene uitvloeiing vrij. Als er nog geen pups geboren zijn, is dit een teken dat de geboorte nu moet plaatsvinden, anders gaat de pup dood. Voor de eerste pup is de donkergroene uitvloeiing een teken dat er ingegrepen moet worden, na de geboorte van het eerste pup is de groene uitvloeiing normaal.

Waar op te letten/wat te doen bij de pup na de bevalling?

1. Als de teef de navelstreng niet doorbijt, moet u de navelstreng zelf doorhalen / losmaken. U kunt dit doen door op circa 2 cm van de buikwand van de pup de navelstreng stevig vast te pakken met uw vingers en met uw andere hand het andere gedeelte van de navelstreng, waar ook eventueel de nageboorte nog aan vast zit. Dan trekt u rustig de navelstreng kapot door in de lengte richting te trekken. Let er op dat u niet aan de buikwand trekt! en de navelstreng niet te lang en ook niet te kort laat.

2. Neus en bek vrij maken van vlies of slijm. Dit doet u door het vlies van de neus en bek af te vegen, eventueel trekt u het vlies kapot als dit nog om de pup zit. Steek vervolgens uw vinger een stukje in de bek over de tong en maak op die manier de bek slijmvrij.

3. Pups stevig droogwrijven met een handdoek tot ze luidruchtig zelf piepen.

4. Pups droog en warm houden. Leg een kruik bij de teef in de werpkist of gebruik een warmtelamp. De eerste vier weken kunnen pups hun eigen lichaamstemperatuur nog niet goed zelf reguleren. Zorg in de eerste levensweek voor een omgevingstemperatuur van 30-32 graden. Bij een groter nest kan de temperatuur lager worden gehouden, omdat de pups elkaar warm houden. Let goed op het gedrag van de pups, als het bijvoorbeeld te warm is zullen de pups uitwijken naar een koelere plek en minder bij elkaar gaan liggen.

5. De pups moeten maximaal binnen een uur drinken. Indien noodzakelijk de pup aanleggen bij de moeder.

6. De pup herkenbaar maken met bijvoorbeeld nagellak op de rug of tenen, zodat ze gemakkelijk uit elkaar kunnen worden gehouden (als de pups op elkaar lijken).

7. Het gewicht van een pup mag niet dalen na de geboorte. Het advies is om ze dagelijks te wegen (eerste dagen 2x per dag).

8. Indien de pups niet voldoende drinken bij de teef, niet aankomen in gewicht, sloom of erg verzwakt zijn kunt u wat druivensuiker oplossen in water en druppelen in de bek. Niet in de bek spuiten, maar druppelen zodat de pup zelf slikt. Daarna kunt u overgaan op kunstmelk. Overlegt u in dit geval met ons, en we kunnen ook bij u komen voor een thuis bezoek.

Waar op te letten en wat te doen bij de teef na de bevalling

• Als een teef de nageboorten opeet is dat geen probleem, maar het is niet noodzakelijk dat de teef ze moet opeten. Ze kunnen er diarree van krijgen, die vanzelf weer moet overgaan in ongeveer twee dagen tijd. U kunt de placenta dus ook weghalen.
• Het is raadzaam om de teef 2 x daags te temperaturen in de eerste dagen. temperatuur moet tussen de 38 en 39 ºC bedragen.
• De eerste 10 dagen kan er nog wat uitvloeiing zijn. Deze kan van een rode kleur, naar groen tot helder overgaan. Na twee weken mag de teef geen uitvloeiing meer hebben.
• Tijdens de lactatieperiode zal de moeder in totaal 1,5-2 maal haar eigen gewicht aan melk produceren. Natuurlijk wordt dit mede bepaald door het aantal pups dat gezoogd wordt. De teef heeft tijdens de zoogperiode aanzienlijk meer energie nodig dan tijdens de dracht. De energiebehoefte kan het dubbele of zelfs het drievoudige van de aanbevolen onderhoud hoeveelheid zijn, afhankelijk van het aantal pups. U zult direct na de bevalling merken dat uw hond erg mager overkomt en ze zal iets interen in de rug en buik. Dit kan meestal niet voorkomen worden, en is ook niet heel erg. Maar een goede voeding voorkomt dat de teef te veel inteert en voldoende calcium binnen krijgt om melk te produceren. Puppy voeding is geschikt om gedurende de lactatieperiode aan de teef te geven. Deze voeding moet aan de teef worden verstrekt zolang de pups bij haar drinken. Zodra de pups zelfstandig vaste voeding op gaan nemen zal de melkproductie langzaam dalen. Met het dalen van de melkproductie daalt ook de voedingsbehoefte van de teef.

In geval van vragen of twijfel kunt u altijd contact opnemen met de dierenarts.
Wanneer de bevalling goed verlopen is horen wij óók graag van u.
We wensen u en uw hond een goede zwangerschap en bevalling toe.

De Medewerkers van Dierenarts Bob